De ijzige wind is gaan liggen, het voorjaar zit in de lucht. Juist wanneer de schemering is ingetreden worden enkele ov-fietsen geparkeerd bij het gemeentecentrum in Oesgstgeest. Rond de koffietafel verzamelt zich een menigte die door de beheerder van het centrum grappend het Leids Symfonie Orkest wordt genoemd, maar het is het Leids Barok Ensemble dat vanavond zijn eerste repetitie beleeft in het Jubeljaar 2013. Het Leids Barok Ensemble bestaat dit jaar 25 jaar en de voltallige club is weer bijeen om, zoals de oprichter van het ensemble – Jan Verheugt- het altijd noemde ‘frisse barok’ te spelen.
Wij zien daar enkele leden van het eerste uur en natuurlijk Roelof Balk die al jaren lang de muzikale leiding heeft vanaf zijn vorstelijke zetel, voor de luisteraars links van de plek waar meestal de dirigent staat. Het LBE doet het zonder. Dirigenten ontstonden pas na Mozart en het LBE speelt voornamelijk muziek van vóór Mozart, zoals Bach, Händel, Vivaldi en Telemann en wil dat doen volgens de mores van de barok. Maar het LBE speelt ook muziek van Leidse componisten als Pieter Hellendaal, en ? Solniz. Leiden doet de laatste tijd veel aan Leiden-promotie en daarbij wordt op pagina-grote advertenties gewezen op de vele vaste culturele waarden in de stad, zoals het Museum de Lakenhal. Het Natuurhistorisch museum Naturalis, etc. etc.. Maar het LBE mag er ook zijn als ambassadeur van Leidse barokke componisten, als ongesubsidieerde private muzikale ‘onderneming’ én als broedplaats van authentiek uitvoeringspraktijk door amateurs. Het LBE concerteert drie maal per jaar in de Lokhorstkerk, een steenworp afstand van de plek waar Pieter Hellendaal een functie had als plaatsvervangend organist: de Pieterskerk. Maar terug naar de repetitie van het LBE. We zien daar bij de altviolen een Leidse dame en een Oegstgeestse heer. Bij de cello’s of chicquer: de violoncellen, ontwaren wij een rasechte Leidse lerares (van het eerste uur), en nóg iemand die jaren lang in Leiden woonde. De violen-groep is niet van vreemde smetten vrij: Rotterdam, Zoelmond, Haarlem, Groningen, Amsterdam etc. , enfin dat is voor u niet zo interessant. Alles komt weer in evenwicht door de harmonische basis van het ensemble, waarzonder zij wellicht minder zuiver zouden spelen, een clavecinist uit Oegstgeest!
Na een hartelijke begroeting op deze eerste repetitie, waarin veel wordt gezoend en omhelsd – er is overduidelijk een warme band tussen de leden – neemt Roelof Balk het woord. Niet zo lang als bij de altijd amusante toelichting op het programma bij de concerten, want er moet vanavond vooral veel worden gerepeteerd. Het wordt een overvol jaar met concerten in Amsterdam (20 april) en Leiden (21 april), een concert op het festival oude muziek in Hoorn op 7 juni en een benefietconcert in Maarssen op 8 juni . Daarna volgt in de zomer een tournee in Portugal. In het najaar wordt een project gedaan met de zanger-dirigent Nico van der Meel. ‘Dat is allemaal toekomstmuziek, eerst maar even die Hellendaal inzepen’, zegt Roelof Balk. De 15 strijkers hebben intussen hun instrumenten gestemd, wat met die darmsnaren een hele klus is. Als het niet spatzuiver is klinken de instrumenten en de muziek niet. Het concerto grosso van Hellendaal blijkt niet tegen te vallen en kan even later een vergelijking met een andere redelijk onbekende componist (F.X. Richter) goed doorstaan. Vooral die langzaam schuivende harmonieën van het eerste deel worden getuige de gloeiende gezichten gewaardeerd.
Na de pauze werkt het LBE aan een Concerto grosso van Händel, waarin de overbekende Hornpipe, die ook in zijn Watermusic voorkomt. We zien daar een cellist lustig headbangen bij een ritmische passage. In een van de volgende repetities zal het hoofdwerk van de concerten worden ingestudeerd: de cantate ‘Il pianto di Maria’ van Ferrandini. Dit stuk is steeds toegeschreven aan Händel, maar het doet qua zeggingskracht niet voor hem onder. Dit meesterwerk was aanleiding voor het thema van de concerten: ‘25 jaar affecten en effecten’. De solo zal worden gezongen door Nicola Wemyss, die eerder met het LBE in Italië heeft opgetreden en aan wie het LBE geweldige (muzikale) herinneringen heeft. ‘Het is niet uitgesloten dat ook in Italië men het nog weet’, zegt Roelof Balk na afloop tegen de verslaggever.
Eric Matser, maart 2013